En toen was daar dat ene moment, dat moment waarop ik huilend op de luchthaven stond me afvragend waar ik mee bezig was. In deze persoonlijke blog deel ik het allereerste begin.
Het is al weer tien jaar geleden dat ik begon aan mijn internationale baan en nog langer geleden dat ik voor het eerst besloot in het buitenland te gaan wonen. Ruim een decennium waarin ik elk jaar minstens drie maanden, maar vaak vier maanden of meer per jaar in het buitenland door bracht. Nooit gedacht dat ik zoveel van mijn leven op reis zou zijn. Zeker niet als ik terug denkt aan hoe het ooit begon.
Nooit vliegen
Vroeger – lang geleden dus – ging ik met mijn ouders nooit met het vliegtuig op vakantie. Toen ik tiener was, was het ook helemaal niet gebruikelijk om veel te vliegen. Althans, dat is hoe ik het me herinner. Mijn vrienden gingen net als ik ook met de auto op vakantie. Vliegen was hartstikke duur, zeker met een heel gezin.
Toen ik eenmaal alleen op vakantie ging met vrienden had ik nul komma niks aan banktegoeden dus ook toen was vliegen helemaal geen optie. Waar nu iedereen met het vliegtuig gaat voor een citytripje na zijn eindexamen, ging ik dus met de bus naar Spanje.
Het vliegen begon pas veel later
Het vliegen begon pas veel later. Ik was inmiddels uit huis en woonde als student in mijn eigen studentenkamertje. Pas toen maakte ik mijn eerste vlucht met mijn ouders naar Rome. Maar nog steeds geen reiskriebels. Geen Wanderlust, geen wilde plannen om de wereld over te zeilen en met de Trans-Siberië naar Mongolië te reizen.
Even een zijspoor; als student moest ik verplicht een half jaar stage lopen. Ik had bedacht dat ik tijdens die stage graag aan een onderwerp wilde werken wat me lag, dus bij de professor waar mijn afstudeerrichting onder viel, vroeg ik een stage-onderwerp met paarden aan. Hij antwoordde meteen:
Dan heb ik alleen Nieuw Zeeland of Australië in de aanbieding.
Ik: Nou doe me dan Nieuw Zeeland maar.
En zo was mijn eerste echte solotrip geboren. Ik zou zes maanden later in mijn eentje naar de andere kant van de wereld afreizen. Niet samen met een studiegenoot, niet met een andere Nederlander, niet met vrienden. Nee, echt helemaal alleen.
Zonder ervaring op reis
Ik had me nooit verdiept in de wereld. Ik was het type meisje wat gewoon leefde en wat door het leven danste zonder er echt over na te denken. Ik was nog nooit buiten Europa geweest. Ik had geen idee wat er in Nieuw Zeeland te doen was. Ik wist niet eens wat voor klimaat het had, hoeveel mensen er woonden, dat ze aan de andere kant van de weg reden, hoeveel uur tijdverschil er was, of ze andere stopcontacten hadden, of het politiek stabiel was, en ga zo maar door. Goed begin van mijn soloreis dus.
Bedenk wel, we hebben het hier over heel wat jaren geleden waarin de blogwereld nog klein was en informatie op internet niet heel uitgebreid was. Dus op eigen houtje probeerde ik een studentenvisum te regelen, tickets te boeken (dat kon toen nauwelijks online), en me zo goed en zo kwaad als het ging voor te bereiden. Ik had nog geen rijbewijs dus dat moest ook nog even snel gehaald worden. Altijd fijn om je rijexamen onder tijdsdruk te moeten doen. Precies drie weken voordat ik zou vliegen had ik dat rijbewijs papiertje gelukkig in een keer gehaald.
Ik had er eigenlijk best zin in
Ik had er eigenlijk best zin in. Het klonk allemaal als een leuk avontuur. Al kon ik maar slecht bevatten wat ik eigenlijk ging doen. Die realisatie kwam pas op Schiphol. Mijn ouders en mijn vriendje wat ik pas net vier maanden had, zetten mij en mijn hele volksverhuizing in mijn rugzak af op Schiphol om me uit te zwaaien.
Ik zou eerst naar Bangkok vliegen waar het vliegtuig gewisseld werd, dan door naar Taiwan waar ik een overstap van elf uur had, dan door naar Auckland voor een overstap van vier uur en dan eindelijk naar mijn eindbestemming Palmerston North, Nieuw Zeeland.
Ruim op tijd zijn we allemaal op Schiphol, checken mijn bagage in, eten wat samen en dan is het tijd om door de beveiliging te gaan. Ik zwaai een laatste keer naar iedereen, draai me om en loop door de hele veiligheidsprocedure, laat mijn paspoort controleren bij de douane en ben er dan helemaal door heen.
Waar ben ik aan begonnen
En daar, precies op dat moment, realiseerde ik me waar ik mee bezig was. Ik had nog nooit alleen gereisd. Ik had pas 1 keer gevlogen. Nog nooit was ik buiten Europa geweest. Ik had nog nooit een overstap gedaan met het vliegtuig. Ik was nooit langer dan twee weken uit Nederland weg geweest. En nu, nu stond ik op het punt om voor zes maanden naar de andere kant van de wereld te gaan. Alles wat bekend en vertrouwd was zou ik achter me laten.
Ik kende niemand in Nieuw Zeeland. Ik kende niemand op die vlucht. Ik kon niet meer zomaar naar huis. Met die realisatie barstte ik in tranen uit.
Ik voelde me zielig, alleen, verloren, paniekerig en hopeloos.
Waar was ik aan begonnen? Waarom had ik zo makkelijk tegen mijn professor gezegd dat ik wel naar Nieuw Zeeland wilde? Hoe ga ik die drie overstappen op mijn vlucht ooit overleven? Hoe ga ik met nul autorijervaring ineens aan de andere kant van de weg rijden dan met een auto die ook nog eens linksgeschakeld is? Mijn hele plan leek ineens niet meer zo’n goed idee.
Toen er nog comfort was
Snikkend en snotterend slofte ik verder over Schiphol. Ik was natuurlijk uren te vroeg (je weet wel, voor het geval dat en rampscenario’s en zo) en wist niet wat ik eens zou doen. Op de een of andere manier was omkeren en gewoon in Nederland blijven niet in me opgekomen terwijl dat prima had gekund. Achteraf gezien maar goed ook dat ik dat toen niet bedacht want dan had ik al het moois wat zou volgen allemaal moeten missen.
Toen het eindelijk tijd was om te boarden maakte ik het mezelf heel comfortabel in mijn stoel. Dat kon ook nog in die tijd, voordat alle luchtvaartmaatschappijen elke vorm van comfort weg hadden genomen voor hun passagiers. Ik had zeeën van beenruimte. Ik had een uitklapbankje onder mijn voeten waardoor ik praktisch horizontaal kon liggen om te slapen. Om het half uur kwam er iemand langs met drinken. En nee, dit was absoluut geen business class. Dit was de goedkoopste economy class stoel die het reisbureau voor me kon vinden.
De stewardess had waarschijnlijk de paniek op mijn gezicht gezien en wees me op een andere Nederlandse die voor een groot gedeelte dezelfde route af zou leggen met het vliegtuig naar Nieuw Zeeland.
36 uur later
Opgelucht dat er tenminste nog zo’n gek was die alleen besloot naar de andere kant van de wereld te gaan viel ik in slaap tot aan Bangkok. Eenmaal in Taiwan bleken we allebei in hetzelfde dag-hotel te zitten zodat we met gedeelde smart over Taiwan Airport konden dwalen op zoek naar de shuttle service. Ik zou haar later in Nieuw Zeeland nog een keer tegen het lijf lopen. Dan is de wereld ineens weer best klein.
36 uur later kwam ik dan eindelijk aan in Palmerston North, Nieuw Zeeland. De eerste geuren en kleuren van Nieuw Zeeland kwamen me tegemoet. Het was 4 januari dus winter in Nederland, maar zomer in Nieuw Zeeland. Die warmte, die vrolijke mensen, die aardige mevrouw die de komende zes maanden mijn huisbaas zou zijn en me op kwam halen van de luchthaven. Daar realiseerde ik me dat dit misschien wel de beste keuze van mijn leven zou worden.
Wilde ik anderhalve dag eerder liever niet weg van huis, wilde ik nu nooit meer terug.

Waar Wanderlust begon
Ik had de tijd van mijn leven in Nieuw Zeeland. Mijn onderzoek was hilarisch (iets met constant ontsnappende schapen over de campus) en de weekenden waren gevuld met avontuur. Elk weekend was er wel iemand die een huurautootje met me wilde huren om een ander stuk van het Noorder- of Zuider eiland te ontdekken. Ik liep tussen de Jan-van Genten, over vulkanen, door de sneeuw, door tropisch regenwoud, en zwom tussen dolfijnen. De zes maanden vlogen voorbij.

Maar ik miste mijn vriend wel. Fantastische ervaringen deel ik toch het liefst met mensen die ik ken en niet met mensen die ik daar net een dag eerder heb ontmoet. Toen ik hem na zes maanden weer zag, spraken we af dat ik niet nog een keer zo lang weg zou gaan. Een afspraak waar ik me niet aan zou gaan houden bleek achteraf.

Ik was in juni terug in Nederland en in september begon ik met het regelen van mijn volgende reis naar het buitenland. Ik zou een half jaar in Zweden gaan wonen om daar een van mijn afstudeeronderzoeken te gaan doen. Ik zou opnieuw voor een half jaar van huis vertrekken.
De trend was gezet. Dit zou nooit meer stoppen. Reizen zou een groot deel van mijn leven worden. Vanaf die ene dag van 36 uur dat ik van huilend naar lachend ging jaren geleden wist ik zeker dat de wereld mijn thuis zou zijn en dat ik me nooit meer zou beperken tot alleen Nederland.
